Deze notities horen bij de studie: Fundamenten van het Christelijk geloof hoofdstuk 5 (opent in nieuw tabblad).
In Leviticus 16Leviticus 16:15Daarna moet hij de bok slachten die als zondoffer voor het volk bestemd is, en zijn bloed binnen het voorhangsel brengen. Hij moet met zijn bloed doen zoals hij met het bloed van de jonge stier gedaan heeft, en dat op het verzoendeksel en vóór het verzoendeksel sprenkelen. wordt Jezus’ hemelvaart voorafschaduwd door het binnengaan van de Hogepriester in het Heilige der heiligen (het heiligdom) met bloed van een bokje.
Christus’ hemelvaart is een triomftocht, Christus als Overwinnaar naar de hemel, de bijzondere woonplaats van God; Het was Christus’ kroningsdag.
De hemelvaart is tot Jezus’ verheerlijking. Het is als het ware met de opstanding de afronding van Jezus’ verlossingswerk op aarde.
a. Christus bereidt plaats.
b. Christus is onze Voorspraak/Voorbidder bij God.
c. De Heilige Geest komt tot ons.
Efeze 2:6Efeze 2:4-74 Maar God, Die rijk is in barmhartigheid, heeft ons door Zijn grote liefde, waarmee Hij ons liefgehad heeft, 5 ook toen wij dood waren door de overtredingen, met Christus levend gemaakt – uit genade bent u zalig geworden – 6 en heeft ons met Hem opgewekt en met Hem in de hemelse gewesten gezet in Christus Jezus, 7 opdat Hij in de komende eeuwen de allesovertreffende rijkdom van Zijn genade zou bewijzen, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus. In de hemelvaart van Christus zijn alle gelovigen medegezet in de hemel. Wij weliswaar nog niet letterlijk, maar we worden er door de Heere Jezus vertegenwoordigd. En zo zeker als Hij er al is, zo zeker is het dat wij er ook zullen komen.
Denken (verzuchten): was Jezus nog maar hier – is dus gezien voorgaande niet terecht. Al is het voor te stellen; we hebben reden om blij te zijn.
voor Jezus Zelf dus (zie punt 2 hierboven);
voor ons (zie de drie punten bij punt 3).
We worden aangespoord bezig te zijn met wat Gods koninkrijk bevordert (wij zijn vaak vooral druk met onze eigen koninkrijkjes…) en Gods ge-recht-igheid (het leven naar Gods wil: bijvoorbeeld Kolosse 3:5Kolosse 3:5Dood dan uw leden die op de aarde zijn: ontucht, onreinheid, hartstocht, kwade begeerte, en de hebzucht, die afgoderij is. en 12-14Kol. 3:12-1412 Kleedt u zich dan, als uitverkorenen van God, heiligen en geliefden, met innige gevoelens van ontferming, vriendelijkheid, nederigheid, zachtmoedigheid, geduld. 13 Verdraag elkaar en vergeef de een de ander, als iemand tegen iemand anders een klacht heeft; zoals ook Christus u vergeven heeft, zo moet ook u doen. 14 En kleedt u zich boven alles met de liefde, die de band van de volmaaktheid is.).
In 1Thess. 4:15-171Thess. 4:15-1715 Want dit zeggen wij u met een woord van de Heere, dat wij die levend zullen overblijven tot de komst van de Heere, de ontslapenen beslist niet zullen voorgaan. 16 Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan. 17 Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn. kunnen we de volgende facetten zien ten aanzien van de wederkomst van de Heere:
(vgl. Mt. 24:31Mattheüs 24:31En Hij zal Zijn engelen uitzenden onder luid bazuingeschal, en zij zullen Zijn uitverkorenen bijeenbrengen uit de vier windstreken, van het ene uiterste van de hemelen tot het andere uiterste ervan. en 25:31Mattheüs 25:31Wanneer de Zoon des mensen komen zal in Zijn heerlijkheid en al de heilige engelen met Hem, dan zal Hij zitten op de troon van Zijn heerlijkheid.; Joh. 5:28Joh. 5:28Verwonder u daar niet over, want de tijd komt waarin allen die in de graven zijn, Zijn stem zullen horen, en Joh. 14:3Johannes 14:3En als Ik heengegaan ben en plaats voor u gereedgemaakt heb, kom Ik terug en zal u tot Mij nemen, opdat ook u zult zijn waar Ik ben.; Hnd. 1:11Handelingen 1:10-1110 En toen zij, terwijl Hij van hen wegging, hun ogen naar de hemel gericht hielden, zie, twee mannen stonden bij hen in witte kleding, 11 die ook zeiden: Galilese mannen, waarom staat u omhoog te kijken naar de hemel? Deze Jezus, Die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze terugkomen als u Hem naar de hemel hebt zien gaan.; Rom. 8:17vv.Rom. 8:17-1817 En als wij kinderen zijn, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God en mede-erfgenamen van Christus; wanneer wij althans met Hem lijden, opdat wij ook met Hem verheerlijkt worden. 18 Want ik ben ervan overtuigd dat het lijden van de tegenwoordige tijd niet opweegt tegen de heerlijkheid die aan ons geopenbaard zal worden.; 1Korinthe 15:521Korinthe 15:51-5251 Zie, ik vertel u een geheimenis: Wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden, 52 in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk, bij de laatste bazuin. Immers, de bazuin zal klinken en de doden zullen als onvergankelijke mensen opgewekt worden, en ook wij zullen veranderd worden.; 2Thess. 1:7v.2Thess. 1:6-86 Het is immers rechtvaardig van God verdrukking te vergelden aan hen die u verdrukken, 7 en aan u die verdrukt wordt, samen met ons verlichting te geven bij de openbaring van de Heere Jezus vanuit de hemel met de engelen van Zijn kracht,8 wanneer Hij met vlammend vuur wraak oefent over hen die God niet kennen, en over hen die het Evangelie van onze Heere Jezus Christus niet gehoorzaam zijn.; Jud. vs 14Judas 1:14-1514 Ook over hen heeft Henoch, de zevende vanaf Adam, geprofeteerd, toen hij zei: Zie, de Heere is gekomen met Zijn tienduizenden heiligen,15 om over allen het oordeel te vellen en alle goddelozen onder hen terecht te wijzen voor al hun goddeloze daden, die zij op goddeloze wijze bedreven hebben, en voor al de harde woorden die zij, goddeloze zondaars, tegen Hem gesproken hebben.; 1Joh. 3:21Joh. 3:2Geliefden, nu zijn wij kinderen van God, en het is nog niet geopenbaard wat wij zullen zijn. Maar wij weten dat, als Hij geopenbaard zal worden, wij Hem gelijk zullen zijn; want wij zullen Hem zien zoals Hij is.; Op. 11:15Openbaring 11:15En de zevende engel blies op de bazuin, en er klonken luide stemmen in de hemel, die zeiden: De koninkrijken van de wereld zijn van onze Heere en van Zijn Christus geworden, en Hij zal Koning zijn in alle eeuwigheid.)
Impliciet is het duidelijk dat het God de Vader’s tijd (Mk. 13:32Markus 13:31-3231 De hemel en de aarde zullen voorbijgaan, maar Mijn woorden zullen zeker niet voorbijgaan. 32 Maar die dag en dat moment is aan niemand bekend, ook aan de engelen in de hemel niet, ook aan de Zoon niet, maar alleen aan de Vader.) is en dus komt Zijn Zoon Jezus Christus in actie.
Als verheerlijkte Koning daalt Hij neer uit de hemel en geeft Zijn bevelen aan Zijn ondercommandant (‘aartsengel’, lett.: archangel, St.V.: begin-engel, loopt voorop, opperengel Michael waarschijnlijk, vgl. Jud. vs 9Judas 1:9Michaël, de aartsengel, echter durfde, toen hij met de duivel redetwistte en een woordenwisseling had over het lichaam van Mozes, geen lasterlijk oordeel tegen hem uit te brengen, maar zei: Moge de Heere u bestraffen!).
Deze hemelse generaal geeft het bevel verder en zet een engelenleger in beweging, gepaard met bazuin-/trompet-geschal.
Eerst vindt dan de opstanding van de gestorven gelovigen plaats (op de stem van de Heere Jezus).
Vervolgens de vereniging met de nog levende gelovigen.
Samen weggevoerd de Heere tegemoet.
Met er aangekoppeld een voortdurend samenzijn met de Heere.
Sommige mensen denken aan een plotselinge opname richting hemel. Het is echter de vraag of het hier gaat om een apart gebeuren dat aan de uiteindelijke wederkomst voorafgaat.
De verenigde gelovigen worden weliswaar door Goddelijk ingrijpen weggevoerd (‘harpazein’: roven; wegvoeren) op de wolken. Ze worden door de wolken opgetild en weggedragen om hun Heere (Heer) en Heiland te ontmoeten. Maar deze buitengewone ontmoeting wordt getypeerd met een term (‘apantesis’) uit de hellenistische wereld die gebruikt werd voor het onthaal van een belangrijk persoon (vorst, veldheer). Bij officieel bezoek van deze persoon aan een stad, kwam een delegatie deze persoon tegemoet om hem in te halen.
Zie de intocht in Jeruzalem door de Heere Jezus (Joh. 12:13,18Joh. 12:13,1813 namen zij de takken van palmbomen en gingen de stad uit Hem tegemoet en riepen: Hosanna! Gezegend is Hij Die komt in de Naam van de Heere, de Koning van Israël!
[..] 18 Daarom ging de menigte Hem ook tegemoet, omdat zij gehoord had dat Hij dat teken gedaan had.; vgl. Matth. 8:28Matth. 8:28En toen Hij aan de overkant was gekomen, in het land van de Gergesenen, kwamen twee mensen die door demonen bezeten waren, Hem tegemoet; zij kwamen uit de grafspelonken en waren zeer gevaarlijk, zodat niemand langs die weg voorbij kon gaan. en 25:1,6Matth. 25:1,61 Dan zal het Koninkrijk der hemelen gelijk zijn aan tien meisjes, die hun lampen namen en op weg gingen, de bruidegom tegemoet.
[..] 6 En te middernacht klonk er een geroep: Zie, de bruidegom komt, ga naar buiten, hem tegemoet!).
Zo werd ook koning David ingehaald (1Sam. 18:6,71Samuel 18:6,76 Toen David en zijn mannen terugkwamen na het verslaan van de Filistijnen, gebeurde het dat de vrouwen uit al de steden van Israël met gezang en reidans koning Saul tegemoet trokken; met tamboerijnen, met blijdschap en met muziekinstrumenten. 7 Terwijl de vrouwen huppelden, zongen zij in beurtzang: Saul heeft zijn duizenden verslagen, maar David zijn tienduizenden! en 2Sam. 19:162Samuel 19:16-1716 En Simeï, de zoon van Gera, een Benjaminiet die uit Bahurim kwam, kwam haastig met de mannen van Juda mee, koning David tegemoet,17 en duizend man uit Benjamin met hem, en ook Ziba, de knecht van het huis van Saul, met zijn vijftien zonen en zijn twintig dienaren met hem. Zij slaagden erin de Jordaan over te steken vóór de koning er was.) en de apostel Paulus (Hand. 28:15Handelingen 28:15En daarvandaan kwamen de broeders, die van onze zaken gehoord hadden, ons tegemoet, tot Appiusmarkt en de Drie Tabernen. Toen Paulus hen zag, dankte hij God en vatte hij moed.).
In Ex. 19:10-20Ex. 19:10-2010 de HEERE zei tegen Mozes: Ga naar het volk toe, en heilig hen vandaag en morgen, en laten zij hun kleren wassen 11 en over drie dagen gereed zijn. Op de derde dag zal de HEERE namelijk voor de ogen van heel het volk neerdalen op de berg Sinaï. 12 moet voor het volk een grens stellen rondom de berg door te zeggen: Wees op uw hoede dat u de berg niet beklimt of ook maar de voet ervan aanraakt. Ieder die de berg aanraakt, zal zeker gedood worden. 13 een hand mag hem aanraken, want hij zal zeker gestenigd of met pijlen doorschoten worden. Of het nu een dier of een mens is, hij mag niet blijven leven. Pas als de ramshoorn een langgerekte toon laat horen, mogen zíj de berg beklimmen. 14 Toen daalde Mozes van de berg af naar het volk, en hij liet het volk zich heiligen, en zij wasten hun kleren. 15 Hij zei tegen het volk: Wees over drie dagen gereed en nader niet tot een vrouw. 16 En het gebeurde op de derde dag, toen het morgen werd, dat er op de berg donderslagen, bliksemflitsen en een zware wolk waren, en zeer sterk bazuingeschal, zodat al het volk dat in het kamp was, beefde. 17 Mozes leidde het volk uit het kamp, God tegemoet. Zij stonden onder aan de berg. 18 De berg Sinaï was geheel in rook gehuld, omdat de HEERE er in vuur neerdaalde. De rook ervan steeg omhoog als de rook van een oven, en heel de berg beefde hevig. 19 Het bazuingeschal werd gaandeweg zeer sterk. Mozes sprak en God antwoordde hem met een stem. 20 Toen daalde de HEERE neer op de berg Sinaï, op de top van de berg. De HEERE riep Mozes naar de top van de berg en Mozes klom naar boven.: Israël gaat de Heere tegemoet bij neerdaling op de Sinaï onder bazuingeschal, rook, vuur en wolken.
Bij Jezus’ wederkomst gaan de gelovigen Hem een stuk tegemoet om niet samen met hun Heere naar de hemel te gaan, maar naar de aarde (Hand. 1:11Handelingen 1:10-1110 En toen zij, terwijl Hij van hen wegging, hun ogen naar de hemel gericht hielden, zie, twee mannen stonden bij hen in witte kleding, 11 die ook zeiden: Galilese mannen, waarom staat u omhoog te kijken naar de hemel? Deze Jezus, Die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze terugkomen als u Hem naar de hemel hebt zien gaan.). Het opnemen van de gelovigen is niet een tijdelijk evacuëren, maar een eervol inhalen van de neerdalende Heiland.
Er is hier sprake van ‘eerst’ (vs 16slot1Thess. 4:16Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan.) en ‘vervolgens’ (vs 17begin1Thess. 4:17Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn.), een onderscheid tussen twee groepen gelovigen: gestorvenen en levenden (over ongelovigen gaat het hier niet). Beide groepen gaan na hereniging de Heere tegemoet.
In vs 17 is het niet zo dat de gemeente uit de wereld wordt weggehaald, terwijl de geschiedenis ‘gewoon’ verder draait. De laatste bazuin klinkt. De wereldgeschiedenis stopt en de toekomst van de Heere Jezus Christus begint. Hemel en aarde komen samen, engelen en gelovigen brengen Hem hulde (2Thess.1:7b-102Thess.1:6-106 Het is immers rechtvaardig van God verdrukking te vergelden aan hen die u verdrukken, 7 en aan u die verdrukt wordt, samen met ons verlichting te geven bij de openbaring van de Heere Jezus vanuit de hemel met de engelen van Zijn kracht, 8 wanneer Hij met vlammend vuur wraak oefent over hen die God niet kennen, en over hen die het Evangelie van onze Heere Jezus Christus niet gehoorzaam zijn. 9 Zij zullen als straf het eeuwig verderf ondergaan, weg van het aangezicht van de Heere en van de heerlijkheid van Zijn macht, 10 wanneer Hij zal gekomen zijn om op die dag verheerlijkt te worden in Zijn heiligen en bewonderd te worden in allen die geloven (want bij u vond ons getuigenis geloof).).
Het slot van 1Thess. 4:15-171Thess. 4:15-1815 Want dit zeggen wij u met een woord van de Heere, dat wij die levend zullen overblijven tot de komst van de Heere, de ontslapenen beslist niet zullen voorgaan. 16 Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan. 17 Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn.18 Zo dan, troost elkaar met deze woorden. heeft wat is genoemd een ‘open einde’ dat wijst op de eeuwigdurende aanwezigheid van de Heere te midden van alle gelovigen. 1Thess.5:11Thess.5:1-41 Maar wat de tijden en de gelegenheden betreft, broeders, is het voor u niet nodig dat men u schrijft. 2 Want u weet zelf heel goed dat de dag van de Heere komt als een dief in de nacht. 3 Want wanneer zij zullen zeggen: Er is vrede en veiligheid, dan zal een onverwacht verderf hun overkomen, zoals de barensweeën een zwangere vrouw, en zij zullen het beslist niet ontvluchten. 4 Maar u, broeders, bent niet in duisternis, zodat die dag u als een dief zou overvallen.e.v./vv. *) staat met het voorgaande in verband.
Een ander aspect van Christus’ wederkomst (in vs 21Thess. 5:2Want u weet zelf heel goed dat de dag van de Heere komt als een dief in de nacht. benoemd als de dag van de Heere) komt ter sprake, nl. het tijdstip en hoe we hierop moeten anticiperen
(de woorden ‘tijden’ en ‘gelegenheden’ uit vs 11Thess. 5:1Maar wat de tijden en de gelegenheden betreft, broeders, is het voor u niet nodig dat men u schrijft. zijn in de Nieuwtestamentische tijd trouwens praktisch synoniem, Hand. 1:7Hand. 1:7-87 En Hij zei tegen hen: Het komt u niet toe de tijden of gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft,8 maar u zult de kracht van de Heilige Geest ontvangen, Die over u komen zal; en u zult Mijn getuigen zijn, zowel in Jeruzalem als in heel Judea en Samaria en tot aan het uiterste van de aarde. en 3:19-21Hand. 3:19-2119 Kom dus tot inkeer en bekeer u, opdat uw zonden uitgewist worden en er tijden van verkwikking zullen komen van het aangezicht van de Heere, 20 en Hij Jezus Christus zal zenden, Die tevoren aan u verkondigd is. 21 Hem moet de hemel ontvangen tot de tijden waarin alle dingen worden hersteld, waarover God gesproken heeft bij monde van al Zijn heilige profeten door de eeuwen heen.;
vgl. Daniël 2:21Dan. 2:21Hij verandert de tijden en tijdstippen,
Hij zet koningen af en stelt koningen aan,
Hij geeft de wijsheid aan wijzen,
de kennis aan wie verstand hebben. en 7:12Daniël 7:12Ook de rest van de dieren ontnam men hun heerschappij, want verlenging van het leven was hun gegeven tot een bepaald tijdstip en een bepaalde tijd.).
Vgl. Hand. 1:4-11Hand. 1:4-114 En toen Hij met hen samen was, beval Hij hun dat zij niet uit Jeruzalem weg zouden gaan, maar de belofte van de Vader zouden verwachten, die u, zei Hij, van Mij gehoord hebt; 5 want Johannes doopte wel met water, maar u zult met de Heilige Geest gedoopt worden, niet lang na deze dagen. 6 Zij dan die samengekomen waren, vroegen Hem: Heere, zult U in deze tijd voor Israël het Koninkrijk weer herstellen? 7 En Hij zei tegen hen: Het komt u niet toe de tijden of gelegenheden te weten die de Vader in Zijn eigen macht gesteld heeft, 8 maar u zult de kracht van de Heilige Geest ontvangen, Die over u komen zal; en u zult Mijn getuigen zijn, zowel in Jeruzalem als in heel Judea en Samaria en tot aan het uiterste van de aarde. 9 En nadat Hij dit gezegd had, werd Hij opgenomen terwijl zij het zagen, en een wolk onttrok Hem aan hun ogen. 10 En toen zij, terwijl Hij van hen wegging, hun ogen naar de hemel gericht hielden, zie, twee mannen stonden bij hen in witte kleding, 11 die ook zeiden: Galilese mannen, waarom staat u omhoog te kijken naar de hemel? Deze Jezus, Die van u opgenomen is naar de hemel, zal op dezelfde wijze terugkomen als u Hem naar de hemel hebt zien gaan.; 2Tim. 4:1,6-82Tim. 4:1, 6-81 Ik bezweer u, ten overstaan van God en de Heere Jezus Christus, Die levenden en doden zal oordelen bij Zijn verschijning en in Zijn Koninkrijk:
[..] 6 Ik word immers reeds als een plengoffer uitgegoten en het tijdstip van mijn heengaan is aanstaande. 7 Ik heb de goede strijd gestreden. Ik heb de loop tot een einde gebracht. Ik heb het geloof behouden. 8 Verder is voor mij weggelegd de krans van de rechtvaardigheid die de Heere, de rechtvaardige Rechter, mij op die dag geven zal. En niet alleen mij, maar ook allen die Zijn verschijning hebb; 2Ptr. 3:1-162Petrus 3:1-16Over:
* Spotters met de wederkomst
* De Heere komt als een dief in de nacht
* Nieuwe hemelen en een nieuwe aarde..
Gezien genoemde Schriftplaatsen moet tevens duidelijk zijn dat de dag van Jezus’ wederkomst
* ook met het oordeel en het verderf gepaard zal gaan (en dat eeuwig, Dan. 12:2Daniël 12:2En velen van hen die slapen
in het stof van de aarde, zullen ontwaken,
sommigen tot eeuwig leven,
anderen tot smaad, tot eeuwig afgrijzen. – tegenover eeuwig leven), namelijk voor hen die buiten Christus zijn. Zij zullen voor altijd zonder de Heere zijn (vgl. 1Thess. 4:171Thess. 4:17Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn.) in de plaats genaamd: de hel [de plaats der rampzaligheid] (Luk. 16:23Lukas 16:23En ook de rijke man stierf en werd begraven. En toen hij in de hel zijn ogen opsloeg, waar hij in pijn verkeerde, zag hij Abraham van ver en Lazarus in zijn schoot. –
* tegenover de hemel [de plaats der gelukzaligheid], vs 22,26Lukas 16:22,2622 Het gebeurde nu dat de bedelaar stierf en door de engelen in de schoot van Abraham gedragen werd.
[..] 26 En bovendien is er tussen ons en u een grote kloof aangebracht, zodat zij die van hier naar u zouden willen gaan, dat niet kunnen en ook zij niet die vandaar naar ons zouden willen gaan. en 23:43Lukas 23:43En Jezus zei tegen hem: Voorwaar, zeg Ik u, heden zult u met Mij in het paradijs zijn.; Ef. 2:6Efeze 2:4-84 Maar God, Die rijk is in barmhartigheid, heeft ons door Zijn grote liefde, waarmee Hij ons liefgehad heeft, 5 ook toen wij dood waren door de overtredingen, met Christus levend gemaakt – uit genade bent u zalig geworden – 6 en heeft ons met Hem opgewekt en met Hem in de hemelse gewesten gezet in Christus Jezus,8 opdat Hij in de komende eeuwen de allesovertreffende rijkdom van Zijn genade zou bewijzen, door de goedertierenheid over ons in Christus Jezus.)
en in het verlengde ervan de poel van vuur, Op. 20:11vv.Openbaring 20:11-1511 En ik zag een grote witte troon, en Hem Die daarop zat. Voor Zijn aangezicht vluchtten de aarde en de hemel weg, zodat er geen plaats meer voor hen te vinden was. 12 En ik zag de doden, klein en groot, voor God staan. En de boeken werden geopend en nog een ander boek werd geopend, namelijk het boek des levens. En de doden werden geoordeeld overeenkomstig wat in de boeken geschreven stond, overeenkomstig hun werken. 13 En de zee gaf de doden die in haar waren. Ook de dood en het rijk van de dood gaven de doden die in hen waren, en zij werden geoordeeld, ieder overeenkomstig zijn werken. 14 En de dood en het rijk van de dood werden in de poel van vuur geworpen. Dit is de tweede dood. 15 En als iemand niet bleek ingeschreven te zijn in het boek des levens, werd hij in de poel van vuur geworpen.,
vgl. Op. 2:11Openbaring 2:11Wie oren heeft, laat hij horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Wie overwint, zal zeker geen schade toegebracht worden door de tweede dood. en Op. 21:8Openbaring 21:8Maar wat betreft de lafhartigen, ongelovigen, verfoeilijken, moordenaars, ontuchtplegers, tovenaars, afgodendienaars en alle leugenaars: hun deel is in de poel die van vuur en zwavel brandt. Dit is de tweede dood..
Voor nu geldt echter: ‘nog is er plaats’ in Gods Koninkrijk, Luk. 14:22Lukas 14:21,2221 En die dienaar kwam terug en berichtte deze dingen aan zijn heer. Toen werd de heer des huizes boos en zei tegen zijn dienaar: Ga er snel op uit naar de straten en stegen van de stad en breng de armen en verminkten en kreupelen en blinden hier binnen. 22 En de dienaar zei: Heer, het is gebeurd, zoals u bevolen hebt en nog is er plaats.; vgl. Joh. 3:16-18Joh. 3:16-1816 Want zo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft. 17 Want God heeft Zijn Zoon niet in de wereld gezonden opdat Hij de wereld zou veroordelen, maar opdat de wereld door Hem behouden zou worden. 18 Wie in Hem gelooft, wordt niet veroordeeld, maar wie niet gelooft, is al veroordeeld, omdat hij niet geloofd heeft in de Naam van de eniggeboren Zoon van God.. Als wij dan door genade zelf de Heere hebben mogen leren kennen, en ons plekje mogen innemen in Gods Koninkrijk, wat houdt ons tegen om, als instrumenten in Gods hand, ook anderen met het Evangelie van Jezus Christus in aanraking te brengen, zodat ook zij gered kunnen worden door het geloof in de Heere Jezus Christus?
M.b.t. 1Thess. 4:15-171Thess. 4:15-1715 Want dit zeggen wij u met een woord van de Heere, dat wij die levend zullen overblijven tot de komst van de Heere, de ontslapenen beslist niet zullen voorgaan. 16 Want de Heere Zelf zal met een geroep, met de stem van een aartsengel en met een bazuin van God neerdalen uit de hemel. En de doden die in Christus zijn, zullen eerst opstaan. 17 Daarna zullen wij, de levenden die overgebleven zijn, samen met hen opgenomen worden in de wolken, naar een ontmoeting met de Heere in de lucht. En zo zullen wij altijd bij de Heere zijn. – 1Kor. 15:51,521Korinthe 15:51,5251 Zie, ik vertel u een geheimenis: Wij zullen wel niet allen ontslapen, maar wij zullen allen veranderd worden, 52 in een ondeelbaar ogenblik, in een oogwenk, bij de laatste bazuin. Immers, de bazuin zal klinken en de doden zullen als onvergankelijke mensen opgewekt worden, en ook wij zullen veranderd worden.: in zowel Thessalonika als Korinthe wist men geen raad met overleden medegelovigen.
Op beide gemeentes reageert de apostel Paulus vanuit het feit van Christus’ opstanding en dat alle gelovigen in de toekomst daarin – verheerlijkt – zullen delen.
In beide Bijbelgedeeltes gaat het over de zaken op de laatste dag, bij Jezus’ terugkeer en de aanvang van Gods koninkrijk. Maar in de twee gemeenten leefden hierover verschillende vragen.
In de gemeente van Thessalonika: ‘Worden de gestorven gelovigen achtergesteld bij de nog levende?’
In Korinthe: ‘Is een lichamelijke opstanding wel reëel?’ De apostel benadrukt dan, zoals iemand verwoordde, tegenover de Thessalonicenzen de grote hereniging en tegenover de Korintiërs de grote verandering.
Bij de ‘we(d)erhouder’/‘tegenhouder’ zullen we moeten denken aan de macht, de werking van Gods Woord en de Heilige Geest (de Heilige Geest werkt altijd door het Woord van God).
De wederhouder zal verwijderd worden, d.i. de invloed van het Woord van God in de samenleving zal verminderen en wegvallen; geen zoutend zout en lichtend licht meer dat inwerkt op bevolking en geweten. De ‘wetteloze’ staat klaar om het vacuüm dat ontstaat, in te nemen met ‘zijn regels en voorschriften’.
Overigens trekt niet God Zijn Woord terug, maar de samenleving onttrekt zich eraan (secularisatie; Schrift-kritiek; aanpassing van prediking bij het levensgevoel van de mens).
Laten wij dus zorgen ons optimaal onder de invloed van Gods Woord te stellen en daarbij God bidden om het licht en de doorwerking van de Heilige Geest; persoonlijk, maar ook in samenkomst-verband (Joz. 1:8Jozua 1:8Dit boek met deze wet mag niet wijken uit uw mond, maar u moet het dag en nacht overdenken, zodat u nauwlettend zult handelen overeenkomstig alles wat daarin geschreven staat. Dan immers zult u uw wegen voorspoedig maken en dan zult u verstandig handelen.; Ps. 1; Hebr. 10:24-25Hebr. 10:24-2524 En laten wij op elkaar letten door elkaar aan te vuren tot liefde en goede werken. 25 Laten wij de onderlinge bijeenkomst niet nalaten, zoals het bij sommigen de gewoonte is, maar elkaar aansporen, en dat zoveel te meer als u de grote dag ziet naderen.).
De technische opslag of toegang is strikt noodzakelijk voor het legitieme doel het gebruik mogelijk te maken van een specifieke dienst waarom de abonnee of gebruiker uitdrukkelijk heeft gevraagd, of met als enig doel de uitvoering van de transmissie van een communicatie over een elektronisch communicatienetwerk.
Voorkeuren
De technische opslag of toegang is noodzakelijk voor het legitieme doel voorkeuren op te slaan die niet door de abonnee of gebruiker zijn aangevraagd.
Statistieken
De technische opslag of toegang die uitsluitend voor statistische doeleinden wordt gebruikt.De technische opslag of toegang die uitsluitend wordt gebruikt voor anonieme statistische doeleinden. Zonder dagvaarding, vrijwillige naleving door uw Internet Service Provider, of aanvullende gegevens van een derde partij, kan informatie die alleen voor dit doel wordt opgeslagen of opgehaald gewoonlijk niet worden gebruikt om je te identificeren.
Marketing
De technische opslag of toegang is nodig om gebruikersprofielen op te stellen voor het verzenden van reclame, of om de gebruiker op een website of over verschillende websites te volgen voor soortgelijke marketingdoeleinden.